Wat beweegt een mens om ondernemer te worden?

Oké, het is een geweldige open deur, maar ook in mijn geval geldt dat de ‘appel niet ver van de boom valt’. Mijn vader was een gedreven ondernemer die ondernemingen opzette op het kruisvlak van sport en fysiotherapie. En dus praatte de familie Van der Laan tijdens het eten over, jawel, sport, fysiotherapie en ondernemen. In mijn geval zit het ondernemen dus in het familie-DNA.

Mijn vader overleed plotsklaps in oktober 1993. Vijf kinderen bleven achter en zagen zich met een behoorlijke uitdaging geconfronteerd. Namens de familie stapte ik de zaak. Het blad Familiebedrijf schreef er in 1996 het volgende artikel over.

Opleidingsinstituut door turn-around op het nippertje gered

Thim van der Laan, de oprichter-eigenaar van het gelijknamige opleidingsinstituut voor fysiotherapie en sportmassage, was een pionier op zijn terrein, een idealist en ’n doorzetter van het zuiverste water. Tot drie keer toe begon de voormalige sportinstructeur bij de marechaussee een nieuwe bedrijf. In de jaren zestig was dat een aantal fysiotherapiepraktijken, in 1973 gevolgd door een landelijk opleidingsinstituut voor fysiotherapie. Toen de eind jaren tachtig van de overheidswege met andere opleidingsinstituten moest fuseren, gaf Van der Laan er de brui aan. Maar het bloed kroop waar het niet gaan kon: op zijn 66ste stond er opnieuw een tweetal opleidingsinstituten – één in Nederland en één in Zwitserland – op naam van Thim van der Laan. Na zijn overlijden in 1993 dreigde de hele onderneming als een kaartenhuis in elkaar te storten. Een turn-around operatie, geleid door zoon- en directeur van participatiemaatschappij Trigon – JJ (Hans) van der Laan, kon dat op het laatste nippertje voorkomen.

Hans van der Laan, over het ontstaan van zijn vaders geesteskind: “Begin jaren zeventig verkocht mijn vader een aantal goedlopende fysiotherapiepraktijken om met het geld dat toen vrijkwam zijn droom te realiseren: een groot opleidingsinstituut voor fysiotherapie en sportmassage, met goed uitgeruste leslokalen en eigen zwembad. Het Utrechtse instituut liep uitstekend, er waren op een gegeven moment 900 studenten en daarmee was het de grootste opleiding van Nederland en misschien oom wel binnen europa. Na een aantal jaren werd de opleiding via overheidssubsidie gefinancierd. Maar toen eind jaren tachtig allerlei hogere beroepsopleidingen van de overheid moesten fuseren, is mijn vader ermee gestopt. Hij vond terecht dat er weinig synergie zou kunnen plaatsvinden tussen zijn instituut en bijvoorbeeld een tekenacademie.

‘Nihil volentibus arduum’
Op zijn 66ste, één jaar na zijn pensionering, begon Van der Laan gewoon opnieuw. Deze keer zowel in Nederland als in Zwitserland. Het eerste cursusjaar was magertjes, acht studenten hier en dertig in Zwitserland. “Maar daarna kwam het allemaal goed op gang”, aldus zoon Hans. “Na een paar jaar waren er al weer 250 studenten in utrecht ingeschreven en zo’n 200 in Zwitserland. In Utrecht werd naast een opleiding fysiotherapie ook een avondopleiding sportmassage gegeven en kregen zo’n vierhonderd kinderen zwemles.” “Mijn vader was een man met visie, een bewogen starten, een pionier. ‘Nihil volentibus arduum’, ofwel ‘Niets is te zwaar voor hen die willen’, was zijn lijfspreuk. Wat hij ook wilde bereiken; het lukte hem! Al moest hij daarvoor hoogstpersoonlijk met de minister in de clinch, wat overigens ook is gebeurt. Hij was een echte ondernemer, maar helaas zeker geen administrateur.” “Van enige automatisering was geen sprake en de bedrijfskennis zat voor tachtig, negentig procent bij vader in het hoofd. Hij was het instituut en werkte met 75 tot 100 veelal free-lance medewerkers.”

Chaos
Als Thim van der Laan in oktober 1993 plotseling komt te overlijden, laat hij aan zijn vijf kinderen de opleidingsinstituut na, alsmede een administratieve en organisatorische chaos. De laatste jaarcijfers dateren uit 1991. Ook de contracten en betalingen zijn veelal onduidelijk en in het 10 jaar oude testament staat niets over opvolging vermeld. Enkele maanden daarvoor had zoon Hans de investeringsmaatschappij Trigon in Naarden opgericht, waarin hij samen met andere particulieren in een aantal bedrijven deelneemt. Een van de eerste participaties was het instituut van zijn vader. “Plotseling bezit ik twintig procent van de aandelen van mijn vaders BV. We hebben ons toen wel even afgevraagd wat we daarmee aan moesten. Gelukkig was een van mijn broers al betrokken bij het instituut van Zwitserland. Hij wist genoeg af van fysiotherapie. Maar bedrijfsmatig wisten we niet welke kant we op moesten.”

Ad interim
Het bleek ook al snel dat de onderneming er financieel gezien niet zo positief voor stond. “Wij besloten toen een interim-directeur aan te stellen. Zij zou orde op zaken moest stellen, zodat er financieel weer enig inzicht zou ontstaan. De eerste opdracht was het opstellen van een jaarverslag en een ondernemingsplan plus budget.”
Deze samenwerking was echter geen succes. Vragen over hoe en waarom van deze mislukking gaat Van der Laan liever uit de weg. “het was een heel vervelende periode. Uiteindelijk heeft de persoon in februari 1994 zelf ontslag genomen. Maar inmiddels was er nog steeds geen licht in de duisternis gekomen. Grote delen van de boekhouding konden we niet plaatsen, bankafschriften ontbraken en het tweede-lijnmanagement – voor zover aanwezig – was niet of nauwelijks geïnformeerd. Bovendien hing ons een keuringsvisitatie van de overheid boven het hoofd. Die zou bepalend zijn voor de officiële erkenning van onze opleiding fysiotherapie, en daarmee voor het voortbestaan van ons gehele instituut. Vanaf dat moment ben ik me intensief met de zaak gaan bezig houden. Het werd een klassieke ‘turn-arround management-operatie’. Eind mei moesten we ons bedrijf volledig hebben doorgelicht en zouden de conclusies ook bij het ministerie moeten liggen. Geheel volgens het boekje: met een uitgewerkt leerplan, leerdoelen en lesmethodieken. De daartoe benodigde kennis was natuurlijk wel aanwezig, maar er niet of nauwelijks iets op papier gezet.”

Een directeur-eigenaar moet niet alles alleen willen doen, maar zaken delegeren

Bank en commissaris
“Mijn eerste gang was naar de bank. De geldkraan moest open blijven, als was het maar om de salarissen door te kunnen betalen. Dat lukt. De tweede stap was het aantrekken van een hoog gekwalificeerde onderwijsdeskundige, die het proces voor de visitatie moest voorbereiden. Dat werd professor Kerrebijn, voormalig decaan van de medische faculteit van de Erasmus Universiteit in Rotterdam en daarnaast directielid bij het Sofia- en Dijkzigtziekenhuis. Hij werd een soort gedelegeerd commissaris voor de visitatie. Hij verdeelde de taken, delegeerde , controleerde en leidde het hele proces in goede banen. Het rapport dat het Thim van der Laan-instituut uiterlijk eind mei 1994 moest produceren, kwam precies op tijd af. Een aantal maanden later zijn we door mensen van het ministerie bezocht. Zijn kwamen tot de conclusie, dat we ons het best een ‘heel aardige’ opleiding mochten noemen.”

Turn-around
Onderdeel van het turn-around management-proces was ook de invoering van een geautomatiseerde administratie, het herzien van de lopende arbeidscontracten, het opzetten van een nieuwe reclamecampagne, het afhandelen van enige juridische processen en het opstellen van nieuw wervingsmateriaal. “Dat was volledig verouderd en commercieel gezien onbruikbaar”, aldus Van der Laan. De opleiding sportmassage telt momenteel 250 studenten á f 1.000,- per studiejaar. De bezettingsgraad van de belangrijkste opleiding, fysiotherapie, is met 400 studenten 100%. De studiekosten voor deze vierjarige opleiding komen op ongeveer f 7.500,- per jaar. Met de zwemlessen aan zo’n 400 kinderen hierbij opgesteld, is het alles bij elkaar goed voor een omzet van enige miljoenen guldens per jaar.
“In september vorig jaar ben ik er weer uitgestapt. De omzet lag inmiddels 50 procent hoger en – wat belangrijker is – de winst was met 250 procent gestegen. De liquiditeit, die aanvankelijk zeer penibel was, was ook weer hersteld. En ik ben weer volop bezig en in de markt met Trigon.”
Het opgebloeide instituut Thim van der Laan is thans in handen van de twee andere zonen van de oprichter. Hans van der laan heeft nog wel gedacht aan een vervolgdeelname, maar zag daar uiteindelijk toch van af. “Normaal gesproken is dat niet de werkwijze van Trigon. Hier lag het, door omstandigheden, allemaal iets anders.”

Wijze lessen
Van der Laan heeft aan zijn ervaringen binnen het bedrijf van zijn overleden vader een drietal wijze lessen overgehouden. “Allereerst ben ik er met mijn neus boven op gedrukt hoe belangrijk het voor ondernemers op leeftijd is, over tweede lijnsmanagement te beschikken. Een directeur-eigenaar moet niet alles alleen willen doen, maar zaken delegeren. Dat is in het belang van het voortbestaan van de onderneming, de eigen staf, de toeleveranciers en de studenten. De tweede moraal is dat je tijdens je leven, ruim van te voren de opvolging of overdracht van je bedrijf dient te regelen. Dat was in ons geval niet gebeurt. Ja, vader had daar wat vage ideeën over, maar niets was concreet of duidelijk uitgewerkt. Die duidelijkheid is wel nodig, want daarmee kunnen naderhand eventuele problemen tussen de erfgenamen onderling worden voorkomen of gemakkelijker beslecht. En ten derde: betrek een externe bedrijfsadviseur met verstand van fusie en overname bij de bedrijfsopvolging. Dit in verband met de noodzakelijke objectiviteit en om niet terzake doende familiekwesties buiten het beslissingsproces te houden. Maar ook om overspannen prijsverwachtingen bij de verkopende partij te voorkomen. Dat merk ik ook bij Trigon. Het gemakkelijkste is, in mijn ervaring, het vinden van geld. Moeilijker wordt het een goed bedrijf te vinden. En het allermoeilijkste is het overeenkomen van een redelijke prijs.”

Respect
Van der Laan komt aan het eind van het gesprek nog even terug op de instellingen werkwijze van zijn vader. “Ik heb een gigantische bewondering voor wat hij heeft opgebouwd. Nota bene op je 66ste iets helemaal van de grond af aan opbouwen! Wie doet dit hem na! En achteraf gezien heb ik, mede doordat er problemen waren, een unieke kans gekregen om eigenhandig een turn-arround management-operatie af te ronden. Dat was buitengewoon leerzaam en een geweldig stuk praktijkervaring. Het beeld dat ik altijd van mijn vader zal hebben, is dat van de doorzetter; van een man voor wie ik ontzettend veel respect heb.”

About JJ (Hans) VAN DER LAAN

Owner / CEO of the Laudis Group of Companies which includes Dale Carnegie Benelux, Elycio Talen, NewLanguage and Talen Twente. Senior Business Skills Trainer, Seasoned Business Developer, Sales & Marketing.
This entry was posted in Management. Bookmark the permalink.

Leave a comment